Specificaties en inleveren

Specificaties

druk pdfprint pdfwerkbestandenModelIllustratieLasercuthtml/css

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de aanleveringsspecificaties die bij de opdracht vermeld staan.

Klik om te vergroten
  • Controleer je PDF in Acrobat:
    • Open Preflight (Je vindt dit onder Tools > Print Production).
    • Open Acrobat Pro DC 2015 Profiles > Prepress
      • Voor CMYK kies je: Sheetfed offset (CMYK)
      • Voor PMS kies je: Sheetfed offset (CMYK and spot colors)
    • Klik Analyse.
    • Eventuele fouten in het analyse resultaat moet je herstellen.

 Let op: dit is een algemene richtlijn voor de Factory. Lees altijd de aanleveringsspecificaties die bij de opdracht vermeld staan.

  • Iedere PDF voldoet aan de volgende eisen:
    • Kies PDF Preset: [PDF/X-4:2008]
      met Standard: PDF/X-4:2010 en Compatibility: Acrobat 7 (PDF 1.6)
    • Kies onder Output het Output Intent Profile Name: Coated FOGRA39
    • Maximale resolutie van 300 dpi
  • Een PDF in meerdere pagina’s voldoet aan de volgende eisen:
    • Aantal pagina’s deelbaar door vier
    • Geen Bleed (afloop) aan de binnenkant
    • Spreads staat uit
    • Geen snij- of andere tekens
  • Enkel- of dubbelzijdige PDF’s voldoen aan de volgende eisen:
    • 3-5 mm Bleed (afloop) aan alle zijden
    • Met snijtekens
    • Tot maximaal formaat A3

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de aanleveringsspecificaties die bij de opdracht vermeld staan.

Indesign

Het zal in principe niet voorkomen dat je een los indd bestand moet aanleveren, maar altijd een pakket. Je maakt een pakket onder File>Package (Cmd+Alt+Shift+P). Dit exporteert een map met je bronbestanden (links) en fonts. In de export-opties vink je ook altijd idml aan om uit te voeren. Dit is een bestand dat door oudere versies van Indesign kan worden geopend.
Wanneer er ook een of meerdere PDF’s  wordt gevraagd kun je deze het beste afzonderlijk uitvoeren (met de gevraagde instellingen) en deze per stuk aan je pakket toevoegen.

Illustrator

Klik op File>Package (Cmd+Alt+Shift+P). Dit exporteert een map met je bronbestanden en fonts. Wanneer er ook een PDF gevraagd wordt zul je deze apart moeten maken en toevoegen aan deze map.

Wanneer je een los AI bestand wilt inleveren, zorg er dan voor dat alle geïmporteerde graphics worden ingesloten. Dit doe je door het Links paneel te openen (Window>Links) en hier de betreffende graphics te selecteren. In het menu van dit paneel klik je op Embed Image(s).

Photoshop

Photoshop werkbestanden lever je altijd aan als PSD bestand. Let er op dat je nooit je bestand plat maakt, altijd alle lagen laten staan. Heb je veel lagen, sorteer deze dan in mappen zodat je een overzichtelijk document inlevert.

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de aanleveringsspecificaties die bij de opdracht vermeld staan.

Maak foto’s van je model. Verzamel deze in een map en geef de map een duidelijke naam.

  • Met de foto’s zijn alle zijden van je model zichtbaar.
  • Maak close-up foto’s om details en bouwkwaliteit te laten zien.
  • De foto’s zijn haarscherp en goed belicht.
  • Minimaal drie foto’s in verschillende aanzichten, meer is beter.

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de aanleveringsspecificaties die bij de opdracht vermeld staan.

Heb je analoog werk gemaakt, maak hier dan foto(‘s) van. Verzamel deze foto(‘s) in een map en geef de map een duidelijke naam.

  • Op de foto(‘s) is je volledige tekening zichtbaar.
  • De foto’s zijn haarscherp en goed belicht.
  • Je hebt je naam op de tekeningen gezet.

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de aanleveringsspecificaties die bij de opdracht vermeld staan.

Wanneer je een bestand bij de Factory aanlevert om te laten snijden/stansen/lasercutten:

  • Outline is 0,25 pnt
  • Geëxporteerd als DXF bestand
  • Zet je werk op een USB stick in een map met de naam printen.

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de aanleveringsspecificaties die bij de opdracht vermeld staan.

HTML voldoet aan de volgende voorwaarden:

  • HTML 5
  • Gecontroleerd op fouten met een Validator, bijvoorbeeld HTML validator.
  • Alle assets worden gevonden

CSS voldoet aan de volgende voorwaarden:

  • Externe stylesheet heet style.css.
  • Gecontroleerd op fouten met een Validator, bijvoorbeeld CSS validator.

Inleveren

AnaloogTeamsCloudOnline

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de inleverinstructie die bij de opdracht vermeld staan.

Analoog werk (tekeningen, schilderwerk, knip-en-plakwerk) lever je op school in. Dit gebeurt meestal in de les, bij de docent. Soms staat er een bak of doos bij de lerarenkamer om je werk in te leveren.

Soms wordt je ook gevraagd je werk te ‘digitaliseren’ door er foto’s of scans van te maken. In dit geval deel je de digitale bestanden via de Cloud.

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de inleverinstructie die bij de opdracht vermeld staan.

Wanneer er een Opdracht (Assignment) in Teams staat kun je deze op drie manieren inleveren via Teams:

  1. Upload een bestand naar Teams. Indien je een map wilt uploaden moet je deze eerst zippen.
  2. Upload een link naar een gedeelde Cloud-map (bv. OneDrive).
  3. Upload een link naar een webserver met je (html/css) werk.

De docenten kunnen niet alle bestandstypes via Teams bekijken. Bijvoorbeeld psd’s moeten eerst vanaf Teams worden gedownload. In dat geval is het net zo makkelijk om je werkmap in de cloud te delen via Teams in plaats van een los bestand uploaden. Informeer goed bij je docent wat de voorkeur heeft.

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de inleverinstructie die bij de opdracht vermeld staan.

Wanneer je iets “in the cloud” opslaat, dan sla je het op een online locatie op. Alleen jij kan er bij, tenzij je de locatie met iemand deelt. Met behulp van een app die je op je computer installeert kun je mappen op je computer (offline) synchroniseren met de cloud (online). Dat betekent dat bestanden die je toevoegt of weghaalt op de ene plek ook worden toegevoegd of weggehaald op de andere plek. De offline en online mappen worden gelijk gehouden (=gesynchroniseerd).

Er zijn diverse cloud opslag diensten. Wanneer je een Apple account hebt zal je wel bekend zijn met iCloud. Of misschien heb je wel eens gehoord van Google Drive of Dropbox. Op het Mediacollege maken we gebruik van Office365 van Microsoft, en OneDrive is hier een onderdeel van.

Apple gebruikers wordt afgeraden om iCloud en OneDrive naast elkaar te gebruiken. Zet iCloud daarom uit.

OneDrive

Je kunt iets inleveren vanuit OneDrive door een bestand of een map met meerdere bestanden te delen met de docent. Je krijgt dan een link die je moet inleveren.

Klik voor animatie
  1. Open je browser en log in op de Ma Office365 omgeving. Dit doe je door bijvoorbeeld je Ma Outlook te bezoeken.
  2. Klik de negen puntjes links bovenin en kies OneDrive.
  3. Surf naar de map of het bestand dat je wilt delen.

Wanneer je een map deelt, dan geef je ook automatisch toegang tot alle mappen die hier in zitten. Je kunt dus de bovenste map van je Ma-mappenstructuur delen, en dan zijn alle onderliggende mappen voor ieder vak ook gedeeld. Wanneer je vervolgens een link naar een van deze onderliggende mappen wilt delen, dan kun je kiezen voor “Mensen met bestaande toegang”.

Klik voor animatie
  1. Klik de drie puntjes rechts van de map of het bestand (of rechtsklik op de naam).
  2. Kies Delen.
  3. Klik op de bovenste instelling (meestal: “Personen die u opgeeft, kunnen bewerken”).
  4. Kies “Personen in Mediacollege Amsterdam met de koppeling”.
  5. Vink “Bewerken toestaan” aan.
  6. Klik Toepassen.
  7. Klik op Koppeling kopiëren.
  8. Klik Kopiëren en lever deze link in bij de docent. Dit gebeurt meestal via Teams > Opdrachten of de chat, en heel soms email. Informeer bij de docent of controleer de instructie bij de opdracht.
Let op
  • Bij stap 7 kun je ook een specifieke docent kiezen. Dit voorkomt dat mede-studenten toegang krijgen wanneer de link per ongeluk met hun gedeeld wordt. Dit is echter in de praktijk nog nooit voorgekomen. Het nadeel van delen met één of meerdere specifieke mensen is dat docenten de link dan niet onderling kunnen delen. Doe dit dus niet en kies voor de optie “Personen in het Mediacollege Amsterdam met de koppeling”. Dit voorkomt dat je telkens door verschillende docenten gevraagd wordt om je map te delen.
  • Bij stap 8 kun je er voor kiezen om bewerken niet toe te staan. Wanneer je het wel toestaat kunnen docenten ook bestanden uploaden naar jouw map, of de naam van je bestand wijzigen. Voor de docenten is het handig als je dit soort bewerkingen toestaat. Maar zorg zelf wel voor een backup van je werkbestanden in een andere map, in het geval dat je bestanden per ongeluk worden overschreven of verwijderd.

Let op: dit is een algemene richtlijn. Lees altijd de inleverinstructie die bij de opdracht vermeld staan. Er zijn ook twee video-instructies van Gerhard Derksen beschikbaar: verbinding maken met de Ma-Cloud en bestanden uploaden naar de Ma-Cloud.

Je hebt 1 GB serverruimte bij het Ma met de naam Ma-Cloud. Hier zet je html/css bestanden en bijbehorende assets (bv. afbeeldingen) neer. Zet op deze server geen werkbestanden zoals PSD’s of INDD, daarvoor gebruik je de cloud-opslag zoals OneDrive.

Voor het uploaden naar de Ma-server maak je verbinding via een FTP programma zoals FileZilla. Hiervoor heb je enkele gegevens nodig:

  • Je server adres (url)
  • Je Ma inlognaam & wachtwoord
Klik om te vergroten
  1. Log met je Ma gegevens in op de server-omgeving van het Ma.
  2. Onder Domain/Website zie je welk hostingadres je hebt. Het ziet er als volgt uit: #####.hostsX.ma-cloud.nl, waarbij op de # jouw studienummer staat. Op de plek van de X staat 1 of 2.
  3. Open FileZilla en klik CMD-S voor de Site Manager.
  4. Maak een nieuwe site aan en stel deze in volgens het voorbeeld hiernaast.
    1. Zet Protocol op “SFTP – SSH File Transfer Protocol”.
    2. Vul bij Host het gevonden domein uit stap 2 in.
    3. Zet Logon Type op “Normal”.
  5. Vul je User/Password gegevens van het Ma in.
  6. Klik op “Connect”.

Als alles goed gaat wordt je verbonden met de server. Je ziet nu in FileZilla twee helften: links is jouw computer, rechts is de serverruimte. Bestanden kun je heen en weer slepen om te uploaden of downloaden.

  1. Surf naar de map web. Deze map is de rootfolder en is online te bezoeken op domein-adres (bv. 12345.hosts1.ma-cloud.nl).
  2. Maak in de map web een nieuwe map aan (rechtsklik > nieuwe map) en geef deze een logische naam, bijvoorbeeld de naam van het vak waarvoor je inlevert.
  3. Open deze map en zet hier weer een nieuwe map in met de naam van de oefening.
  4. Open deze map en nu plaats je alle documenten die bij de oefening horen, zoals je html en css files en een eventuele links map met je assets (afbeeldingen, etc.)

Wanneer je in FileZilla de volgende mappenstructuur aanmaakt:
web/vaknaam/opdrachtnaam/

Dan kun je deze bezoeken op:
https://12345.hosts1.ma-cloud.nl/vaknaam/opdrachtnaam

Let op:
  • Gebruik je eigen gegevens in de voorbeeld-url hierboven.
  • De map web is de rootfolder, deze komt niet voor in de url.
  • Wanneer de url naar een map wijst dan zoekt de browser in die map naar een bestand met de naam index.html. Wanneer dit niet wordt gevonden ontstaat een foutmelding. Wil je een url maken naar een html-bestand met een andere naam (bv opdracht1.html), voeg deze dan toe aan de url: https://12345.hosts1.ma-cloud.nl/vaknaam/opdrachtnaam/opdracht1.html
  1. Controleer of alles goed werkt door de link online te bezoeken. Een correcte link naar de online omgeving begint met https://. Wanneer je link begint met file:// dan gaat het fout. Dit is een url naar een file op je computer in plaats van de server.
  2. Controleer of je code klopt met een Validator (zie hierboven bij specificaties).
  3. Lever de link naar je online werk in bij de docent.